Een intieme inkijk in zomaar een lesbisch huis in 1983
Egelantiersstraat 113 te Amsterdam was aan het eind van de jaren zeventig en begin van de jaren tachtig een bolwerk van lesbische activiteit. Het huis (dat halverwege de jaren tachtig moest worden afgebroken, waarna huisnummer 113 voorgoed verdween) is gekocht door Tom Kleijn (broer van Lidi) en Bertje Hogervorst (toen nog een veelbelovend stel), Fransje Hogervorst (Bert’s broer) en Frans Hogervorst (Bert’s vader). Karin werd er verliefd op Lidi (Karin’s broer Rogier woonde er toen nog met Babs), Bert werd er verliefd op Karin (en verhuisde tijdelijk naar de OuweZijds waar Karin woonde (zie de brieven van Karin over het Vrouwenhuis op het Forum) en Peti ging er samenwonen met Bert. Annettje Dia Huizinga woonde er en Emmie Brouwer en Any Toone, die nu Andy Toone is.
En iedereen was verliefd op Lidi.
Het huis werd spoedig bevolkt door vrouwen van velerlei allooi, uit binnen- en buitenland. Het stond bekend als het adres “waar je als lesbo altijd terecht kon”. De woelige tijden werden geboekstaafd in een huisboek, waarvan hier enkele bladzijden, daterend uit 1983. Ze geven een mooi tijdsbeeld van de stad in een roerige tijd.
Katten en drugs – twee lesbische cliché’s bevestigd op één pagina.
(door Lidi Kleijn)
“Sweet Briar” is engels voor Egelantier.
Jaja, de dames op 113 waren niet van de straat!
(door Annettje Dia)
Lottie 30
(Mar, bijgenaamd Chiefie)
Lidi Kleijn was de mode ver vooruit;
en was wellicht inspiratie voor Madonna’s ‘Who’s That Girl?’
(door Lidi Kleijn)
monoloog van Annettje Dia, opgetekend door Lidi Kleijn
bladzijde van Margarita Rosa, bijgenaamd Chiefie
Wanhoopskreet van Annettje Dia
Ode aan Petra Ilyes door Lidi Kleijn
Lella uit Italië
door Petra Ilyes; bassiste in de IdiotSavant
door Mar alias Chief
(door Lidi Kleijn)
door Annettje Dia & Lidi Kleijn
(door Lidi Kleijn)
door Mar alias Chief
door Chief & Lidi Kleijn
Lottie alias Leroy Pink in de ruine naast Prinsengracht 39 door Lidi Kleijn
Optredens in de Meniscus, door Chief & Lidi Kleijn
door Annettje Dia
door Annettje Dia
door Lidi Kleijn
tekening van Annettje Dia van een lunch in de regen met Maaike Meijer
(door Lidi Kleijn)
Opwarming van de aarde een nieuw fenomeen?
De Egelantier-dames hadden dat alláng door!
(door Lidi Kleijn)
door Petra Ilyes
Poëzienacht in Paradiso op 28 mei 1983.
(door Lidi Kleijn)
Vaak was het een grote bende in de Egelantier.
Any Toone legde het vast op Page One-O-Six, en ondertekende met P. Buchel.
Bovenstaande tekening is wél van de illustere P. Buchel.
De zomer van 1983 was de heetste in de geschiedenis van de Egelantiersstraat.
De Idiot Savant werd gevormd en ging de straat op, en de a-sociale ongecastreerde kater van Rico, de a-sociale criminele buurman, bevruchtte drie van de dames katten wonend op drie verschillende verdiepingen.
De poezen werden allen naast Lidi’s bed door de viriele kater gegrepen, want alleen via Lidi’s verdieping was er een kattenplank naar de sexy buitenwereld.
Het gevolg van al die bevruchtingen was dat op een gegeven moment tien schijtende en piesende katten in het gammele pand bewoonden. Er zat werkelijk overal schijt aan. En de stank! Fenomenaal!
Maar het is allemaal goed afgelopen. De beroemdste poes uit alle nesten werd Columbito Bon Bon.
door Annettje Dia
Hippe kapsels, door Petra Ilyes
door Any Toone
(door P. Buchel)
In het roemruchte jaar 1983 werd door allerlei malversaties de hypotheek op het huis niet meer bij de bank afgelost. Gevolg was dat het krakkemikkige pand op de veiling gegooid werd door de bank.
Marlies Hogervorst, de oudste zus van Bertje werd net op tijd gealarmeerd, verkocht twee postzegels uit de collectie van haar vader en het huis was gered. Zo ging dat in die dagen.
Een HAT-eenheid (Huisvesting Alleenstaanden en Tweepersoonshuishoudens) was een kunstgreep uit de post-kraakbewegingperiode in het stadsvernieuwingstijdperk om jonge alleenstaande woningzoekenden toch aan woonruimte te helpen. Tegenwoordig heten die flats: studio’s.
De IdiotSavant speelt op straat en verdient veel geld
(door Lidi Kleijn)
door Emaije – Lesbische prinses van Ethiopische adel; nu overleden aan borstkanker
(door Lidi Kleijn)
door Annettje Dia
Lottie Marsau alias Leroy Pink
(door Peti Buchel)
Op de Egelantiersstraat was het altijd feest als Lottie Marsau er was. Lidi had Lottie ontdekt tijdens een optreden van de Bitch Band op de Akademie in Arnhem. Lottie was de drummer en Lidi werd op slag verliefd op haar.
De connectie tussen de Bitch Band en de Egelantiersstraat was bassiste Claude Lavigne van de Sofaband. De Bitch Band was een internationale vrouwenband gevestigd in Hamburg/Altona.
Later bracht Annettje ook de Bloods mee naar de Egelantiersstraat. Deze Amerikaanse band had ze gezien tijdens een muziekfestival in Berlijn. De Bitch Band en de Bloods spatten uit elkaar. Lottie en toetseniste Any Toone van de Bloods vormden met de bassiste Petra Ilyes in 1983 de funkband IdiotSavant vanuit de begane grond. Ze gingen met een bakfiets zomers Amsterdam in en hadden meteen succes. Chiefie danste en haalde met de pet geld op. Later kwam er een blaassektie bij.
In Amsterdam ging Lottie in het beroemde kraakpand in de Conradstraat wonen. Daar componeerde ze haar Symphony with Donkey waarin een echte ezel die ook in de Conradstraat woonde het vocale gedeelte voor haar rekening nam.
Lottie stond in de Sweet Briar scene bekend onder de naam Leroy Pink.
Zij was een echte ‘gender fuck’. Ze kon het ene moment een man zijn en het andere moment een vrouw, zonder een Drag King te zijn. Dat kwam haar goed van pas toen ze met cameravrouw Louise Oeben, ook wel Film Louise geheten, illegaal de grens met Tibet overstak om daar te gaan filmen. Nog later heeft ze als man door het Afghanistan van de Taliban gezworven.
Nu heeft ze een filmproductiemaatschappij in Duitsland. Haar films hebben overal prijzen gewonnen.